Mijn eerste dag in Nes Ammim
Met het gejank van jakhalzen op de achtergrond schrijf ik mijn eerste blog vanaf Israelische bodem. Wat een heerlijke eerste dag heb ik achter de rug. Zoveel mensen ontmoet, zulke leuke dingen gedaan, zoveel lekkers gegeten en zo fijn genoten van de zomerse temperaturen, zo'n warm welkom. Maar laat ik nog even bij gisteren beginnen.
Want gisterochtend werd ik nog wakker in mijn ouderlijk huis in Noord-Holland. Een laatste douche, een laatst ontbijtje, een laatste keer het dorp uitrijden. Met weemoed, en tegelijkertijd vol gezonde spanning zetten we koers richting het zuiden. Een tussenstop in het ziekenhuis van Alkmaar voor de bestraling van paps. Nog een laatste keer gedag zeggen tegen schoonzusje Maaike (die daar werkt) en toen met een vakantiegevoel de auto in en de snelweg op. Rond tien uur rijden we weg uit Alkmaar, rond kwart over vier moet ik op Luik Airport zijn. Tijd in overvloed dus! We doen het rustig aan, stoppen af en toe, eten de meegebrachte broodjes op, luisteren een muziekje en genieten van het besneeuwde landschap. Dat kan nog maar eventjes, want de berichten geven aan dat het rond de 24 graden is in Tel Aviv. Vol verwachting klopt mijn hart...
Om half twee komen we aan op Luik. Véél te vroeg en op Luik is bitter weinig te beleven. Maar we drinken koffie en thee, paps en mams zoeken de parkeerkosten uit voor hun eerstvolgende reis naar Israel en we kijken mensen. Een kerel luistert mee met onze gesprekken en draait zich daarbij ook ongeneerd in onze richting. Een stevige dame in kostuum roept bij ons de vraag of ze ook stewardess is en de grote vraag blijft: hoeveel moet ik bijbetalen voor mijn bagage.
De hal stroomt vol met andere passagiers. Ik herinner me van de vorige keer dat er veel orthodox joodse gezinnen mee reisden. Veel kleine kinderen die lekker kunnen huilen in het vliegtuig. Met verbazing, en stiekem ook opluchting, vraag ik me lange tijd of ze deze dag niet reizen. Totdat het inchecken is begonnen en het opeens (bijna letterlijk) zwart ziet van deze gezinnen. Gezamenlijk staan we in de rij en in vergelijking is mijn koffer nog best klein. Na een tweede selectie had ik minder gepakt en toch bleek de koffer weer twee kilo zwaarder, ruim 27 kilo. Bij het inchecken blijkt dat (helaas) te kloppen, dus ik moet 56 euro bijbetalen. Ach, het is mijn uitzet voor een jaar. En aan alle koffers te zien ben ik niet de enige op wie ze extra geld verdienen...
Hoe nuchter mijn ouders en ik ook zijn, nu ik bijna door het poortje moet, rollen de tranen toch over wangen. We bidden nog met elkaar voor een goede vlucht, knuffelen elkaar extra stevig en herpakken onszelf daarna weer. We zien elkaar over drie maanden al weer. En Skype biedt tot die tijd uitkomst. Ik geef mijn handbagage af en loop door de detector. Die gaat af, ik word gefouilleerd, maar alles is natuurlijk oké. Oh ja, ik had nog wisselgeld in mijn broekzak bedenk ik me later. Nog een laatste zwaai en handkus naar paps en mams en dan is het avontuur echt begonnen. De adrenaline giert door mijn lijf en ik voel me miss independent. Zelfverzekerd laat ik mijn paspoort zien en neem plaats bij de gate. Nog eventjes geduld.
Mijn plekje in het vliegtuig blijkt helemaal voorin te zijn, op de rij met veel beenruimte. En naast het raam. De ongeneerde meeluisteraar zit twee stoelen naast me. Dat belooft wat. Captain Suzie (alsof het gepland is) wenst ons een fijne vlucht en brengt ons 'up in the air'. Een traan welt op in mijn ogen en tegelijkertijd kan ik een glimlach niet onderdrukken. L'hitraot (tot ziens) Belgie en Nederland, shalom Israel!
Suzie slingert van links naar rechts met het vliegtuig en even schiet er door me heen: vrouw aan het stuur... Maar ik kan mijn eigen sekse natuurlijk niet afvallen en na wat bochten boven Luik gaan we rechtuit naar Tel Aviv. De dame tussen de ongeneerde meeluisteraar en mij verhuist een paar rijen naar achteren, dus de man en ik maken oogcontact. En daarmee start een conversatie die eigenlijk heel leuk is! De man is oorspronkelijk Israeli (joods), maar woont al sinds zijn twintigste in Amsterdam. Hij vraagt me waarom ik mijn ouders op het vliegveld achterlaat en ik vertel over mijn vrijwilligersjaar. Het doet hem deugt te horen dat Israel nog vrienden heeft. We praten over oorlog, vrede en oplossingen. Ook over het weer, het verschil tussen Haifa en Amsterdam en het eten in het vliegtuig. De ongeneerde meeluisteraar blijkt een goede gesprekspartner. Maar 4,5 uur is wel een heel lang gesprek tussen vreemden, dus na een klein uurtje zijn we wel weer uitgepraat. Buiten is het donker, binnen eet ik pasta, een broodje en een blokje 'echte' Edamse kaas. De rest van de vlucht lees ik Thulcandra van C.S. Lewis. Tegen het einde zit er een doodmoe kind in de rij naast ons. Het kleintje weet echt geen raad meer met zichzelf en begint van elke troostpoging harder te krijsen. Nou kan ik me redelijk goed afsluiten, maar dit was precies wat ik vreesde. Gelukkig weet oma raadt door haar op de arm te nemen, haar streng toe te spreken en rondjes (of eerder 'rijtjes') door het gangpad te lopen.
Om half twaalf lokale tijd (het is een uur later in Israel), landden we op Ben Gurion Airport. Captain Suzie zet het vliegtuig zo zachtjes op de grond, dat mijn buurman en ik (die net weer beginnen met praten) niet eens merken dat we geland zijn. Ik loop als één van de eersten het vliegtuig uit. Hier begint de spanning de kop weer op te steken. Want nu komt de douane en moet ik met de taxi door naar mijn hostel. De douane blikt of bloost niet als ik vertel dat ik een jaar als vrijwilliger kom. Even vraagt ze hoe ik dat doe met een visum. Maar als ik zeg dat dat ter plekke geregeld wordt, krijg ik gewoon een visum voor drie maanden en mag doorlopen. Zorg minder. Mijn babage komt ongeschonden aan. Nog een zorg minder. Eindelijk maak ik een kaartje open dat als verrassing meegegeven was door Samuel. Nice! Buiten is het dertien graden. Nog een zorg minder ;-) Ik vind meteen de taxi's. Nóg een zorg minder. Bij aankomst moet ik 140 shekel betalen. Even snel gerekend is dat zo'n dertig euro voor een rit van twintig minuten. Ik ben er nog steeds niet uit of dat redelijk is, of dat ik (ondanks de meter) belazerd ben. Ach, ook dat is eenmalig (dat denk ik dan tenminste nog).
Mijn kamer in het hostel is een zwijnenstal. Vijf andere bedden zijn al bezet, het is een meidenkamer, dus je kunt je er misschien iets bij voorstellen... De dames zijn allemaal de hort op, dus ik kan rustig mijn bedje in kruipen en slapen gaan. De eerste taal die ik op de wandelgangen hoor is, uiteraard, Nederlands... Niet geheel ongestoord, maar ook niet tot vervelens toe wakker gehouden breng ik de nacht door. Om half acht gaat mijn wekker, neem ik een douche en ga naar beneden voor een ontbijt. Daar ontmoet ik Micheal uit LA. We kletsen wat, drinken beroerde oploskoffie (zelfs ik als bijna-nooit-koffie-drinker proef dat het niet veel voorstelt) en eten geroosterd brood met mierzoete jam (dat eigenlijk geen jam mag heten). Een aantal andere duffe hoofden voegt zich bij ons en we praten wat over reisplannen en het nachtleven van Tel Aviv. En daar blijkt precies dat ik geen backpacker ben, want ik ging keurig meteen na aankomst naar bed :-)
Bij de receptie van het guesthouse ontmoet ik allereerst één van de Duitse vrijwilligsters. Sharon, een Nederlandse, is mijn mentor de komende periode. Ze geeft me een rondleiding, stelt me aan deze en gene voor, laat mijn kamer zien en vertelt een heleboel over het de gang van zaken. Ik verblijf de eerste twee weken in het Pilon-huis. Destijds het woonhuis van één van de oprichters van Nes Ammim. Het huis heeft momenteel slechts één andere inwoner, een Duitser van middelbare leeftijd. Het is ruim, gezellig en ik heb nu nog even alles voor mezelf. Over twee weken komt mijn barrak vrij en verhuis ik naar Nine Doors, een kamercomplex (negen stuks) met een gezellige/rommelige binnenplaats/-tuin.
De lunch veheugt me: vrijdag is falafeldag! Hoe goed kan je eerste maal in Israel zijn... Smullen, en meteen gezellig met de andere vrijwilligers. Ik voel me op mijn plek en wordt warm welkom geheten. Op het mededelingenbord hebben ze een welkomstboodschap voor me geschreven en iedereen is nieuwsgierig en hartelijk. Mijn muziek- en voetbalskills worden meteen bevraagd.
Voor de middag mag ik kiezen: in Nes Ammim blijven om rustig aan te doen en uit te pakken of mee met een excursie naar House of Light in Shefar'am. Een huis waar een christelijk, arabisch echtpaar hulp biedt aan dakloze meisjes, gevangenen en hun families en een soort kinderclub houdt. Uiteraard kies ik voor het laatste. Ik heb genoeg energie en wil graag de omgeving zien en mensen ontmoeten. Ik krijg er geen spijt van. De passie van Anis en Nawal Barhoum voor de mensen die ze helpen is hartverwarmend en ze zijn bijzonder gastvrij. Op het dakterras met waanzinnig uitzicht krijgen we salades, rijst met kip, brood, humus en fruit voorgeschoteld en ook baklawa ontbreekt niet. Breakfast, lunchies, afternoon teas... Het kan niet op! Ik moet wel héél hard gaan werken... :-s Want bij terugkomst in Nes Ammim wacht ons de maaltijd van Erev Shabbat. Bijna alle vrijwilligers zijn aanwezig. Wonder boven wonder ken ik de meesten al bij naam. We zingen een aantal liederen, bidden met elkaar, breken brood en drinken wijn en hebben een gezellig maaltijd met elkaar. Ik word uitgenodigd om bij het koor te komen. Een aanbod dat ik meteen aanneem.
Na de maaltijd zingen we wat bij de piano, maar dan slaat de vermoeidheid toe. Tijd om mijn kamer op te zoeken, uit te pakken en mijn bed in te duiken. Terwijl ik richting mijn kamer loop word ik gevolgd door één van de vele poezen in Nes Ammim. Miauwend en kopjesgevend volgt ze elke beweging. Sharon komt me nog even tegemoet om me eraan te herinneren hoe laat het ontbijt morgen is. We hadden al plannen gemaakt om 's morgens richting het strand te fietsen, de omgeving even te verkennen en 's middags samen met een andere vrijwilligsters één van de Arabische dorpen in de omgeving te bezoeken. Ik bedank Sharon voor de grand-tour en het warme welkom. De mensen zijn leuk, de omgeving schitterend en ik heb zelfs al een 'eigen' huisdier (twee trouwens, als je de salamander op mijn kamermuur meetelt...). Ik ben thuis!
Want gisterochtend werd ik nog wakker in mijn ouderlijk huis in Noord-Holland. Een laatste douche, een laatst ontbijtje, een laatste keer het dorp uitrijden. Met weemoed, en tegelijkertijd vol gezonde spanning zetten we koers richting het zuiden. Een tussenstop in het ziekenhuis van Alkmaar voor de bestraling van paps. Nog een laatste keer gedag zeggen tegen schoonzusje Maaike (die daar werkt) en toen met een vakantiegevoel de auto in en de snelweg op. Rond tien uur rijden we weg uit Alkmaar, rond kwart over vier moet ik op Luik Airport zijn. Tijd in overvloed dus! We doen het rustig aan, stoppen af en toe, eten de meegebrachte broodjes op, luisteren een muziekje en genieten van het besneeuwde landschap. Dat kan nog maar eventjes, want de berichten geven aan dat het rond de 24 graden is in Tel Aviv. Vol verwachting klopt mijn hart...
Om half twee komen we aan op Luik. Véél te vroeg en op Luik is bitter weinig te beleven. Maar we drinken koffie en thee, paps en mams zoeken de parkeerkosten uit voor hun eerstvolgende reis naar Israel en we kijken mensen. Een kerel luistert mee met onze gesprekken en draait zich daarbij ook ongeneerd in onze richting. Een stevige dame in kostuum roept bij ons de vraag of ze ook stewardess is en de grote vraag blijft: hoeveel moet ik bijbetalen voor mijn bagage.
De hal stroomt vol met andere passagiers. Ik herinner me van de vorige keer dat er veel orthodox joodse gezinnen mee reisden. Veel kleine kinderen die lekker kunnen huilen in het vliegtuig. Met verbazing, en stiekem ook opluchting, vraag ik me lange tijd of ze deze dag niet reizen. Totdat het inchecken is begonnen en het opeens (bijna letterlijk) zwart ziet van deze gezinnen. Gezamenlijk staan we in de rij en in vergelijking is mijn koffer nog best klein. Na een tweede selectie had ik minder gepakt en toch bleek de koffer weer twee kilo zwaarder, ruim 27 kilo. Bij het inchecken blijkt dat (helaas) te kloppen, dus ik moet 56 euro bijbetalen. Ach, het is mijn uitzet voor een jaar. En aan alle koffers te zien ben ik niet de enige op wie ze extra geld verdienen...
Hoe nuchter mijn ouders en ik ook zijn, nu ik bijna door het poortje moet, rollen de tranen toch over wangen. We bidden nog met elkaar voor een goede vlucht, knuffelen elkaar extra stevig en herpakken onszelf daarna weer. We zien elkaar over drie maanden al weer. En Skype biedt tot die tijd uitkomst. Ik geef mijn handbagage af en loop door de detector. Die gaat af, ik word gefouilleerd, maar alles is natuurlijk oké. Oh ja, ik had nog wisselgeld in mijn broekzak bedenk ik me later. Nog een laatste zwaai en handkus naar paps en mams en dan is het avontuur echt begonnen. De adrenaline giert door mijn lijf en ik voel me miss independent. Zelfverzekerd laat ik mijn paspoort zien en neem plaats bij de gate. Nog eventjes geduld.
Mijn plekje in het vliegtuig blijkt helemaal voorin te zijn, op de rij met veel beenruimte. En naast het raam. De ongeneerde meeluisteraar zit twee stoelen naast me. Dat belooft wat. Captain Suzie (alsof het gepland is) wenst ons een fijne vlucht en brengt ons 'up in the air'. Een traan welt op in mijn ogen en tegelijkertijd kan ik een glimlach niet onderdrukken. L'hitraot (tot ziens) Belgie en Nederland, shalom Israel!
Suzie slingert van links naar rechts met het vliegtuig en even schiet er door me heen: vrouw aan het stuur... Maar ik kan mijn eigen sekse natuurlijk niet afvallen en na wat bochten boven Luik gaan we rechtuit naar Tel Aviv. De dame tussen de ongeneerde meeluisteraar en mij verhuist een paar rijen naar achteren, dus de man en ik maken oogcontact. En daarmee start een conversatie die eigenlijk heel leuk is! De man is oorspronkelijk Israeli (joods), maar woont al sinds zijn twintigste in Amsterdam. Hij vraagt me waarom ik mijn ouders op het vliegveld achterlaat en ik vertel over mijn vrijwilligersjaar. Het doet hem deugt te horen dat Israel nog vrienden heeft. We praten over oorlog, vrede en oplossingen. Ook over het weer, het verschil tussen Haifa en Amsterdam en het eten in het vliegtuig. De ongeneerde meeluisteraar blijkt een goede gesprekspartner. Maar 4,5 uur is wel een heel lang gesprek tussen vreemden, dus na een klein uurtje zijn we wel weer uitgepraat. Buiten is het donker, binnen eet ik pasta, een broodje en een blokje 'echte' Edamse kaas. De rest van de vlucht lees ik Thulcandra van C.S. Lewis. Tegen het einde zit er een doodmoe kind in de rij naast ons. Het kleintje weet echt geen raad meer met zichzelf en begint van elke troostpoging harder te krijsen. Nou kan ik me redelijk goed afsluiten, maar dit was precies wat ik vreesde. Gelukkig weet oma raadt door haar op de arm te nemen, haar streng toe te spreken en rondjes (of eerder 'rijtjes') door het gangpad te lopen.
Om half twaalf lokale tijd (het is een uur later in Israel), landden we op Ben Gurion Airport. Captain Suzie zet het vliegtuig zo zachtjes op de grond, dat mijn buurman en ik (die net weer beginnen met praten) niet eens merken dat we geland zijn. Ik loop als één van de eersten het vliegtuig uit. Hier begint de spanning de kop weer op te steken. Want nu komt de douane en moet ik met de taxi door naar mijn hostel. De douane blikt of bloost niet als ik vertel dat ik een jaar als vrijwilliger kom. Even vraagt ze hoe ik dat doe met een visum. Maar als ik zeg dat dat ter plekke geregeld wordt, krijg ik gewoon een visum voor drie maanden en mag doorlopen. Zorg minder. Mijn babage komt ongeschonden aan. Nog een zorg minder. Eindelijk maak ik een kaartje open dat als verrassing meegegeven was door Samuel. Nice! Buiten is het dertien graden. Nog een zorg minder ;-) Ik vind meteen de taxi's. Nóg een zorg minder. Bij aankomst moet ik 140 shekel betalen. Even snel gerekend is dat zo'n dertig euro voor een rit van twintig minuten. Ik ben er nog steeds niet uit of dat redelijk is, of dat ik (ondanks de meter) belazerd ben. Ach, ook dat is eenmalig (dat denk ik dan tenminste nog).
Mijn kamer in het hostel is een zwijnenstal. Vijf andere bedden zijn al bezet, het is een meidenkamer, dus je kunt je er misschien iets bij voorstellen... De dames zijn allemaal de hort op, dus ik kan rustig mijn bedje in kruipen en slapen gaan. De eerste taal die ik op de wandelgangen hoor is, uiteraard, Nederlands... Niet geheel ongestoord, maar ook niet tot vervelens toe wakker gehouden breng ik de nacht door. Om half acht gaat mijn wekker, neem ik een douche en ga naar beneden voor een ontbijt. Daar ontmoet ik Micheal uit LA. We kletsen wat, drinken beroerde oploskoffie (zelfs ik als bijna-nooit-koffie-drinker proef dat het niet veel voorstelt) en eten geroosterd brood met mierzoete jam (dat eigenlijk geen jam mag heten). Een aantal andere duffe hoofden voegt zich bij ons en we praten wat over reisplannen en het nachtleven van Tel Aviv. En daar blijkt precies dat ik geen backpacker ben, want ik ging keurig meteen na aankomst naar bed :-)
Om negen uur verlaat ik mijn hostel weer en neem de bus naar het treinstation. Voor 37 shekel zit ik ruim twee uur in de trein. Op het perron ziet het groen van de soldaten. Het is maf om jongeren te zien, niet als student maar als soldaat. Een geweer casual om de schouder, kletsend alsof het klasgenoten zijn. Maar die verwondering duurt maar een paar minuten. Daarna kijk ik niet meer op of om van een wandelend geweer. Nog vreemder hoe snel je er aan went... De trein is keurig en heeft veel ruimte voor bagage. Erg handig, want niet alleen ik heb een grote koffer, ook de soldaten zeulen nogal wat mee. Na een mooie reis, dicht langs de kust (op vijftig meter zie ik grote witte schuimkoppen op helderblauwe golven het strand oprollen), kom ik aan in Akko. Van hier is het nog zo'n tien kilometer. Ik neem weer een taxi. Vijftig shekel vraagt de chauffeur ervoor. Onwetend ga ik akkoord (eenmaal in Nes Ammim hoor ik dat het voor 35 ook kan. Toch belazerd...). En dan, na een rit door de middle of nowhere, vind ik in dat nowhere Nes Ammim.
De lunch veheugt me: vrijdag is falafeldag! Hoe goed kan je eerste maal in Israel zijn... Smullen, en meteen gezellig met de andere vrijwilligers. Ik voel me op mijn plek en wordt warm welkom geheten. Op het mededelingenbord hebben ze een welkomstboodschap voor me geschreven en iedereen is nieuwsgierig en hartelijk. Mijn muziek- en voetbalskills worden meteen bevraagd.
Voor de middag mag ik kiezen: in Nes Ammim blijven om rustig aan te doen en uit te pakken of mee met een excursie naar House of Light in Shefar'am. Een huis waar een christelijk, arabisch echtpaar hulp biedt aan dakloze meisjes, gevangenen en hun families en een soort kinderclub houdt. Uiteraard kies ik voor het laatste. Ik heb genoeg energie en wil graag de omgeving zien en mensen ontmoeten. Ik krijg er geen spijt van. De passie van Anis en Nawal Barhoum voor de mensen die ze helpen is hartverwarmend en ze zijn bijzonder gastvrij. Op het dakterras met waanzinnig uitzicht krijgen we salades, rijst met kip, brood, humus en fruit voorgeschoteld en ook baklawa ontbreekt niet. Breakfast, lunchies, afternoon teas... Het kan niet op! Ik moet wel héél hard gaan werken... :-s Want bij terugkomst in Nes Ammim wacht ons de maaltijd van Erev Shabbat. Bijna alle vrijwilligers zijn aanwezig. Wonder boven wonder ken ik de meesten al bij naam. We zingen een aantal liederen, bidden met elkaar, breken brood en drinken wijn en hebben een gezellig maaltijd met elkaar. Ik word uitgenodigd om bij het koor te komen. Een aanbod dat ik meteen aanneem.
Na de maaltijd zingen we wat bij de piano, maar dan slaat de vermoeidheid toe. Tijd om mijn kamer op te zoeken, uit te pakken en mijn bed in te duiken. Terwijl ik richting mijn kamer loop word ik gevolgd door één van de vele poezen in Nes Ammim. Miauwend en kopjesgevend volgt ze elke beweging. Sharon komt me nog even tegemoet om me eraan te herinneren hoe laat het ontbijt morgen is. We hadden al plannen gemaakt om 's morgens richting het strand te fietsen, de omgeving even te verkennen en 's middags samen met een andere vrijwilligsters één van de Arabische dorpen in de omgeving te bezoeken. Ik bedank Sharon voor de grand-tour en het warme welkom. De mensen zijn leuk, de omgeving schitterend en ik heb zelfs al een 'eigen' huisdier (twee trouwens, als je de salamander op mijn kamermuur meetelt...). Ik ben thuis!
8 Comments:
Wat ONWIJS gaaf allemaal! Ben zo blij dat je het super tov hebt! Dit wordt ongetwijfeld een geweldig jaar. Leuk stuk ook. Brengt bij mij ook weer een hoop herinneringen boven :-) al regende het bij mij en geen hollanders te bekennen! Haha. Echt toppie meid. Geniet! Oh en betekent deze lange weblog dat je wireless internet hebt :-) kunnen we zaterdag daten online :-) xxxx
Haai liefie!
Wat heerlijk om dit allemaal te lezen!
Fijn dat je het nu al naar je zin hebt!Love you!
X Maaike
Fijn Suus om nu al te horen dat je het naar je zin hebt. Ik veeg even een traantje weg... Geniet van alle belevenissen die je gaat beleven. Volgens mij zit je (voorlopig) op een heerlijke plek.
Ik wacht vol 'verlangen' op je volgende blog.
Liefs,
schoonzusje Maaike
Shalom Shoshanna! Wat is het toch allemaal ontzettend voorspoedig en mooi gelopen, Baruch HaShem. Dat wordt vast en zeker een fantastische tijd. Hartelijke groetjes, Tobias
Merhaba Suzanne
HAMDULLAH Habibi! Mabsut! (om je Arabisch even bij te spijkeren)
Goed voor mekaar daar meid. Je bent in ieder geval nog een stuk trouwer in het bijhouden van je blog dan ik ben :) Maar klinkt superrelaxt. Als ik zo over Israel lees wil ik ook weer die kant op. Geniet er ontzettend van. Ben trots op je, dat je daar nu echt zit! Oh en zit van de zomer weer in Israel dus kom bij je langs :)
x Henk
Ps: ga je nu gelijk even mailen
He lieve zus,
wat een weblog, geweldig! zo kunnen we het goed volgen. We leven met je mee, maar dat wist je wel.
op naar onze eerste skype gesprek met video. Love you.
liefs Marlies ( en ruben en Maud)
Lieve Suus,
Leuk om je weblog te lezen en je mooie foto's te zien, wat is het al mooi groen daar en zo te zien heb je het er al reuze naar je zin.
Werk ze morgen.
liefs, paps en mams
Lieve Suus,
nog maar net aangekomen en nu al zo'n uitgebreide blog; wat leuk!! Ik heb veel aan je gedacht afgelopen weekend: "Hoe zou ze het hebben?" Fijn om nu te lezen dat het zo goed gaat!!
Geniet ervan daar!!
Liefs *Martha*
Post a Comment
<< Home